Jelle Mestdagh, Sofie Fiddelaers en Veerle Baert zijn politiek geëngageerde rolstoelgebruikers. Over de partijgrenzen heen hebben ze een gezamenlijk doel: een toegankelijke en inclusieve samenleving. Maar waarom kozen zij ervoor om de politiek in te gaan? En is dat niet moeilijk met een handicap?
Voor Jelle en Veerle is de stap naar de politiek relatief nieuw. Ze werden recent politiek actief. Hun motivatie is duidelijk:
“Als niemand initiatief neemt om aan oplossingen te werken, verandert er niets,” zegt Jelle vastberaden. Zijn doel is om te bewijzen dat mensen met een handicap een waardevolle bijdrage kunnen leveren en om de heersende stereotypen te doorbreken.
“Medelijden is niet nodig. Het is vaak goed bedoeld, maar niet de juiste reflex bij het zien van iemand met een handicap,” benadrukt hij. “We zijn als mens méér dan onze handicap en hebben zoveel te bieden.”
Veerle, docente sociaal werk, vult aan: “Ik vertel mijn studenten altijd dat ze activistisch en politiserend moeten zijn. Op een gegeven moment dacht ik: ‘Practice what you preach!’”
Voor haar werd het pas echt duidelijk hoe ontoegankelijk onze steden zijn toen ze zes jaar geleden moest overschakelen van krukken naar een rolstoel. “Je merkt het pas als je het zelf ervaart. Daarom is het cruciaal dat mensen met een handicap zélf betrokken zijn bij het beleid.”
Sofie is al langer politiek actief. Ze voelde dat het tijd was om haar stem luider te laten horen. “Ik had één voorwaarde: ik wil een zichtbare plek op de lijst. Ik heb iets te zeggen, en dat moet gehoord worden. Gelukkig leek mijn partij dat te volgen en kreeg ik een mooie plek op de lijst.”
Het pad naar politiek engagement kent jammer genoeg verschillende hindernissen als je een handicap hebt.
Jelle vertelt: “Iemand zonder handicap moet zich alleen afvragen: ‘Wil ik dit doen?’, terwijl ik ook moet denken: ‘Kan ik dit doen?’ Alles moet gepland worden: is er assistentie? Kan ik vervoer regelen? Komt de thuisverpleging dan niet?”
En dat blijken helaas niet de grootste obstakels. Sofie, Veerle en Jelle lopen vooral tegen de onduidelijkheid aan over wat politieke vergoedingen betekenen voor een uitkering.
“Het proces om op de kieslijst te komen verliep niet zonder hobbels,” vertelt Veerle. “Ik werk deeltijds als docente en krijg aanvullend een deeltijdse ziekte-uitkering. De combinatie van een politiek mandaat met een deeltijdse ziekte-uitkering bleek behoorlijk ingewikkeld.”
Veerle nam zelf contact op met verschillende instanties. “Niemand kon me meteen helpen. Uiteindelijk contacteerde ik de FOD Sociale Zekerheid. Hun juridische dienst adviseerde me om goedkeuring aan te vragen bij het ziekenfonds. Dat bracht weer papierwerk met zich mee. Bij het ziekenfonds moest ik een verantwoordelijke voor mijn takenpakket invullen, dat was al een gekende politica, waarmee ik mijn politieke kleur kenbaar maakte. Dat vond ik frappant.”
Daarna kreeg Veerle gelukkig het verlossende telefoontje van het ziekenfonds dat ze op de lijst mocht staan, maar dat werd meteen aangevuld met deze boodschap: ‘Weet dat als je verkozen wordt, je opnieuw een aanvraag moet indienen.’ “Dat voelde echt overdreven,” zegt Veerle.
Een oplossing? Veerle, Sofie én Jelle zouden graag één duidelijk en neutraal aanspreekpunt willen hebben waar mensen met een handicap die politiek actief willen zijn terechtkunnen.
Veerle vertelt: “Een Vlaams Parlementslid stelde hierover een vraag aan de commissie: kan de VVSG geen aanspreekpunt worden? Maar de regeringspartijen zagen geen noodzaak om de VVSG als aanspreekpunt in te schakelen. Het leek wel of al die heren in een ivoren toren zaten te spreken," zegt Veerle. "Daarom wilde ik het zélf doen.’”
Als je op een verkiezingslijst staat, moet je ook campagne voeren. Dat brengt nog meer uitdagingen met zich mee. Veerle legt uit: “Huisbezoeken zijn lastig. Ik kan bijna geen enkele deurbel bereiken, en alleen op pad gaan is bijna onmogelijk.”
Veerle heeft in de campagne soms te maken gehad met vooroordelen. “Soms kijken mensen van: wat doet die daar? Maar dan beseffen ze dat ik ook wel wat te zeggen heb.”
Sofie stuitte op een vervelende situatie tijdens de campagne. De lift in haar appartementsgebouw was kapot. “Ik zat gewoon vast op de vierde verdieping. Dat houdt je letterlijk tegen om campagne te voeren. Ik probeer zo zichtbaar mogelijk te blijven via sociale media, en dat helpt wel, maar het is toch niet hetzelfde als fysiek aanwezig zijn.”
Ook Jelle ervaart uitdagingen bij het campagne voeren. “Ik kan niet zomaar ergens naartoe. Alles moet gepland worden. Soms lukt het gewoon niet om overal bij te zijn, hoe graag ik dat ook wil. Gelukkig word ik gesteund door mijn team. Ze zoeken naar oplossingen om me zoveel mogelijk te betrekken en steunen me ook echt als kandidaat om gemeenteraadslid te kunnen worden.”
Jelle benadrukt hoe belangrijk het is dat de gemeenteraad een afspiegeling van de gemeente of stad is. “Diversiteit is cruciaal. En dat gaat verder dan alleen mensen met een handicap. Het gaat om leeftijd, culturele achtergrond, alles. Iedereen moet een stem hebben en vertegenwoordigd zijn.”
Hij wil laten zien dat mensen met een handicap ook actief kunnen bijdragen aan de politiek. “Ja, het kan!” zegt hij met overtuiging.
Naast zijn eigen ervaringen in hoe het is om te leven met een handicap, heeft Jelle ook een brede kennis van economie en ondernemerschap, iets wat hij wil inzetten om een verschil te maken. Hij wil een rolmodel zijn en andere mensen met een handicap inspireren. “Mensen met een handicap kunnen zich inzetten voor tal van thema’s, niet alleen toegankelijkheid, al blijft dat natuurlijk een belangrijk onderwerp.”
Veerle voegt eraan toe: “En toegankelijkheid is een belangrijk thema voor iedereen. We profiteren allemaal van een toegankelijke samenleving. Wat voor mij belangrijk is als rolstoelgebruiker, geldt bijvoorbeeld vaak ook voor ouderen. Denk aan goed aangelegde voetpaden, voldoende openbare toiletten en toegankelijk openbaar vervoer.”
Sofie benadrukt: “Inclusie is het sleutelwoord. We vechten niet alleen voor onszelf, maar voor iedereen die ooit minder mobiel kan worden. Mensen vergeten soms dat iedereen tijdelijk minder mobiel kan worden, bijvoorbeeld na een operatie.”
“Daarnaast denk ik als iemand met handicap anders over bepaalde dingen,” zegt Sofie. “Ik vind bijvoorbeeld dat in een gebouw waar veel mensen met handicap wonen, er eigenlijk twee liften zouden moeten zijn. Die input kan ik geven vanuit ervaring. Daar staan mensen zonder handicap niet bij stil.”
“Mensen met een handicap kunnen absoluut politiek actief zijn,” zegt Jelle. “Het is misschien moeilijker, maar juist daarom is het nodig. Zo zorgen we voor verandering. We zijn méér dan onze handicap, en we kunnen de samenleving echt wel mee helpen verbeteren.”
Sofie sluit zich daarbij aan: “Het maakt mij niet uit welke partij je kiest, maar het is belangrijk dat wij erbij zijn. Dat we laten zien wat er anders moet en kan. Dat kan ook intern, zoals achter de schermen actief worden of in het partijbestuur geraken.”
Veerle doet een oproep aan de kiezers: “Geloof je in een bepaalde kandidaat met een handicap? Stem daar zeker op. Geef geen lijststem, maar voorkeursstem, een stem op de naam. Een voorkeurstem kan ervoor zorgen dat er meer mensen met een handicap in de gemeenteraad komen, zeker nu het systeem veranderd is.”